De homohoreca – het is een van de meest zichtbare uitingen van de homoseksuele subcultuur, maar de laatste jaren wordt er vaak nogal wat meewarig over gesproken. Dit komt door de sterke teruggang van het aantal homobars en – clubs, en de veronderstelling dat deze ook eigenlijk niet meer nodig zijn. Er blijken hiervoor meer oorzaken te zijn dan doorgaans genoemd worden. Maar sinds kort lijkt er ook weer een herwaardering van de eigen homohoreca te zijn, wat misschien wel de voorbode van een kleine heropleving kan zijn.
Tekst: Peter Koop
In 1982 waren er in Amsterdam nog maar liefst 62 homo- en lesbische bars, 8 clubs en nog een hele reeks van hotels, seksclubs, restaurants en winkels die speciaal op homo’s gericht waren. In 2011 waren daar nog 38 cafés en 3 clubs van over. Momenteel telt de hoofdstad nog 22 bars en 2 clubs – in ongeveer vijf jaar tijd is dus ruim een derde van de zaken verdwenen, om van het verschil met de jaren tachtig maar niet te spreken.
Voor andere steden zijn geen exacte cijfers beschikbaar, maar daar is de teruggang soms nog dramatischer en is sprake van een halvering of zelfs het volledig verdwijnen van de homohoreca. Aparte homodiscotheken zijn er na de sluiting van de Roze Wolk in Utrecht, Gay Palace in Rotterdam en club G.A.Y. (voorheen De Golden Arm) in Groningen ook bijna niet meer. ’t Bölke in Enschede was decennialang het grootste homo-uitgaanscomplex van Nederland, maar ook daar is sinds 2016 alleen het saunagedeelte nog speciaal op homobezoekers gericht. De ook bij veel Nederlanders populaire gay disco Red & Blue in Antwerpen wijzigde begin van dit jaar zijn naam, om daarmee eveneens een “breder” publiek aan te trekken.
Oorzaken voor de teruggang
Als oorzaken voor deze sterke teruggang worden steevast de toename van gemengd uitgaan en de opkomst van internetdating genoemd. Ook heeft zich bij Amsterdam de wet van de remmende voorsprong voorgedaan, waardoor steden als Barcelona, Londen en Berlijn nu vaak aantrekkelijker zijn doordat ze grotere, modernere en/of meer vernieuwende uitgaansvoorzieningen hebben en tegenwoordig goedkoop en snel bereikbaar zijn.
Dat “gemengd uitgaan” is overigens een beetje merkwaardig argument, want dat is uiteraard geen nieuw verschijnsel. Uitgaan is altijd al gemengd geweest, in de zin dat in vroeger tijden homo’s bij gebrek aan alternatieven wel naar hetero-uitgaansgelegenheden moesten gaan. Uiting geven aan hun seksuele voorkeur was er natuurlijk niet bij, tenzij wellicht via uiterst subtiele signalen. Ook heden ten dage geldt echter nog steeds dat het in veel heterozaken niet erg op prijs wordt gesteld als homojongens met elkaar zoenen.
De toegevoegde waarde van aparte homobars en -clubs was en is dan ook dat homo- of lesbische stelletjes daar wel gewoon hun intimiteit kunnen uiten zonder bang te hoeven zijn voor afkeurende blikken, of erger. Een en ander neemt niet weg dat homojongeren inderdaad wel vaker naar gewone bars en clubs zullen gaan, waarbij het interessant zou zijn om eens te onderzoeken of dit mede verband houdt met de toenemende verpreutsing, waardoor jongeren minder dan vroeger de behoefte voelen om tijdens het uitgaan hun seksualiteit te laten blijken.
Het gebruik van datingwebsites en apps zoals Grindr zijn uiteraard wel een geheel nieuw fenomeen, waardoor homo’s niet meer naar bars of clubs hoeven te gaan om een partner voor een nacht of voor het leven te vinden. Toch is dit waarschijnlijk niet de doorslaggevende oorzaak voor de teloorgang van de homohoreca, want datingsites zoals planetromeo.com werden al kort na het jaar 2000 erg populair, zonder dat dit meteen ten koste van het horecabezoek ging.
Ontwikkelingen in de horeca als geheel
Inderdaad zijn er enkele belangrijke factoren die zelden genoemd worden, namelijk de verschuivingen die zich in de horeca als geheel voordeden. Zo is het totaal aantal clubs en discotheken in Nederland sinds 2007 bijna gehalveerd: van 326 naar nog maar 178 in 2016. Als oorzaken hiervoor worden genoemd: de invoering van het rookverbod in 2008, de economische crisis, strengere regels voor studiefinanciering (waardoor studenten minder tijd en geld hebben om uit te gaan) en tenslotte de verhoging van de alcoholleeftijd naar 18 jaar.
Al deze oorzaken gelden voor homojongeren natuurlijk net zo goed als voor heterojongeren, zodat de sluiting van de homodisco’s minder uitzonderlijk is dan het op het eerste gezicht lijkt. Uiteraard valt het wel meer op en is wellicht ook het gemis groter als de enige homoclub dichtgaat, dan wanneer twee van de vier heterodisco’s in een stad sluiten. In plaats van wekelijks naar de disco, gaan jongeren tegenwoordig liever naar grotere feesten en festivals – dienovereenkomstig zijn ook feesten voor LHBT-jongeren onverminderd populair en is er sinds 2012 zelfs een eigen openluchtfestival onder de naam Milkshake.
Bij cafés en bars zien we een vergelijkbare ontwikkeling: ook hun aantal is aanzienlijk teruggelopen, in Amsterdam bijvoorbeeld van 1410 zaken in het jaar 2000, naar 1021 in 2012. Hier speelt een verschuiving van drinken naar eten, want tegelijkertijd nam het aantal restaurants vrijwel evenredig toe. Ook homo’s zijn ongetwijfeld in deze trend meegegaan, maar omdat restaurants zich bijna nooit exclusief op een homopubliek richten, zien we hier alleen de negatieve kant van de medaille, namelijk de terugloop bij de gay bars.
Tenslotte is er nog een laatste factor die zelden benoemd wordt, namelijk het feit dat uitbaters die hun zaak in de jaren 80 of 90 openden, in de afgelopen jaren simpelweg de pensioengerechtigde leeftijd bereikten. Gestart in hele vette jaren en met een lage huurprijs konden zulke ondernemers het vaak lang volhouden, ook als de klandizie ondertussen was teruggelopen. De overname van zo’n zaak is tegenwoordig vaak niet meer rendabel.
Stokkende homo-emancipatie
Al met al spelen bij de teruggang van de homohoreca dus meer factoren een rol dan alleen de homo-gerelateerde aspecten van internetdating, gemengd uitgaan en de aantrekkingskracht van andere steden. Ook algemene tendensen in de horeca hebben invloed gehad en dat maakt het moeilijker om alleen vanuit de gay community het tij te keren. Anderzijds kan dit betekenen dat LHBT-ers zich minder van hun eigen uitgaansgelegenheden hebben afgekeerd, dan doorgaans verondersteld wordt.
De gedachte dat homojongeren vaker gemengd uitgaan wordt bijna steevast gecombineerd met de stelling dat aparte homobars uit de tijd zijn. Naast een constatering lijkt dat ook een wens uit te drukken, namelijk een samenleving waarin homoseksualiteit algemeen geaccepteerd is en LHBT’ers overal even welkom zijn. Lange tijd ging het wat dat betreft de goede kant uit, maar al sinds het begin van het huidige millennium lijkt de homo-emancipatie niet echt meer vooruit te komen.
Elders in de wereld zien we zelfs een duidelijke verslechtering, denk aan het Rusland onder president Poetin of aan landen als Indonesië, maar ook in ons eigen land blijft zich anti-homogeweld voordoen. Na de dramatische aanslag op homoclub Pulse in het Amerikaanse Orlando in juni 2016 kwam dan ook de onvermijdelijke vraag hoe belangrijk aparte gay bars en clubs zijn, gezien het feit dat er nog steeds mensen zijn die homo’s zelfs fysiek kwaad willen doen.
Herwaardering van de homohoreca
De antwoorden bleken verrassend eenduidig: eigen uitgaansgelegenheden vervulllen voor menig LHBT’er nog steeds een belangrijke functie. Ze worden gewaardeerd als plaatsen waar je echt jezelf kunt zijn, wat met name geldt voor mensen die zich extravaganter of niet volgens de gangbare rolpatronen (willen) gedragen. Uit getuigenissen blijkt dat vooral jonge heteromannen dan toch niet altijd zo tolerant en openminded zijn als ze zich graag voordoen.
Sindsdien lijkt er een herwaardering van de homohoreca te zijn. De Amsterdamse Reguliersdwarsstraat was eerder nog meermalen afgeschreven als belangrijkste homo-uitgaansstraat van Nederland, maar na Orlando twijfelt bijna niemand meer aan het belang van deze plek. Niet alleen hangen de regenboogvlaggen er weer met trots uit, er gaan zelfs weer nieuwe gayzaken bijkomen. Elders in het land is er nog geen duidelijkegroei, maar de teruggang kon nu wel eens afgeremd zijn.
Aparte homozaken hoeven niet louter als veilige schuilplaatsen tegenover een boze buitenwereld gezien te worden en uiteraard is geen enkele homo verplicht om naar homobars te gaan, maar het is wel belangrijk dat ze er zijn (en blijven) voor wanneer je behoefte hebt om veilig, vertrouwd en gezellig onder gelijkgestemden uit te gaan. Of zoals de slogan van het Utrechtse gay café Kalff het zo mooi zegt: “Go where you’re celebrated, not where you’re tolerated.”
Peter Koop
Reguliers.net
2 thoughts on “Homohoreca: ten dode opgeschreven of eindelijk heropleving?”