Moraalridders of wereldverbeteraars

‘Van op je principes blijven zitten, krijg je alleen maar een houten kont,’ leerde mijn moeder mij. Het is dan ook niet zo vreemd dat ik groot geworden ben met een afkeer van compromisloos moraalridderschap.

Nadat klimaatactiviste Greta Thunberg de VN had toegesproken, luisterde ik ’s avonds naar de radio. Een psychologe (de naam is me helaas ontschoten) had onderzocht dat vooral mannen van middelbare leeftijd zich het meest aan Thunberg hadden geërgerd. ‘Dat klopt,’ zei ik tegen de radio, want met beelden van zwoegende en uitgebuite kinderen in Afrika, Zuid-Amerika en Azië in gedachten vond ik haar uitspraak dat ‘volwassenen haar dromen en haar jeugd gestolen hadden met hun loze woorden’ wel een beetje verwend-drammerig overkomen. Zwart-wit. Moraalridderig.

En toch.

Ik scheid mijn afval zo goed mogelijk (en vind het geen bezwaar dat ik voor een volle ‘restafvalkliko’ inmiddels extra moet betalen); ik eet inmiddels (bijna) geen vlees meer (en vind de kwaliteit van ‘vleesvervangers’ inmiddels zodanig verbeterd dat ze een prima alternatief voor vlees vormen); ik ben al jaren gestopt met roken (en vind het inmiddels aardig opmerkelijk geworden als ik bij mensen over de vloer kom waar binnen nog gerookt wordt).

Greta Thunberg. Marianne Thieme. Clean Air Nederland.

Vervelende moraalridders of broodnodige wereldverbeteraars?

Nadat op 18 september jongstleden advocaat Derk Wiersum in Amsterdam geliquideerd werd, drong de vraag zich aan mij op of ik – moraalridderig – iets over het drugsgebruik in de gayscene en de relatie tussen dit gebruik en drugsgeweld moest schrijven.

Immers, uit alle onderzoeken blijkt dat homomannen ruim twee keer zo vaak met drugs experimenteren als heteroseksuele leeftijdgenoten en dat de gayscene trendsetter is op het gebied van seks onder invloed.

Vooruit dan maar…

‘Bloedvrije cocaïne bestaat niet’ stond er boven een artikel in Het Parool van 23 september waarin de uitkomsten van de 25e ‘Antenne’ gepubliceerd werden: het grootschalige onderzoek naar drugsgebruik onder Amsterdamse jongeren en jongvolwassenen waaruit blijkt dat 38,1 procent (wel eens) cocaïne gebruikt en 48,1 procent (wel eens) XTC.

Ondanks dat het niet leidt tot een grootschalig volksgezondheidsprobleem, zoals de heroïne-epidemie in de jaren zeventig en tachtig, zijn alle onderzoekers het erover eens: het gebruik van illegale drugs is de voedingsbodem voor de drugscriminaliteit met 145.000 doden per jaar in Latijns-Amerika en nu dus een geliquideerde advocaat in Amsterdam tot gevolg.

Een advocaat die alleen maar zijn functie zo goed mogelijk probeerde uit te oefenen.

Alhoewel wereldwijd bij vrijwel alle deskundigen (criminologen, economen, historici) de consensus bestaat dat de harde aanpak van drugshandel niet effectief is, is een oplossing voor het probleem nog ver weg.

Aan de volledige legalisering van verboden drugs kleven echter ook nadelen (zo is met de overgang van lachgas van Geneesmiddelenwet naar Warenwet in 2016 het gebruik ervan explosief toegenomen, met name onder jongeren met een migratieachtergrond) en regulering (de overheid verstrekt het middel onder strenge voorwaarden en geeft gerichte voorlichting) komt in de wereld nog maar mondjesmaat op gang.

Natuurlijk, ik zal de laatste zijn die een goed gayfeestje wil bederven, maar tot aan het moment dat de definitieve oplossing van het drugsprobleem zich aanbiedt, zijn we met de dood van Wiersum de tijd inmiddels wel voorbij dat we tijdens het snuiven net kunnen doen of onze neus bloedt; dat we om het bloeden te stelpen en om te schuilen tegen nietsontziende liquidatiekogels onze kop maar in het zand moeten steken.

Al ben ik opgevoed met een lichte allergie voor moraalridders, het tegenovergestelde van moraalridderschap mag nimmer tot struisvogelpolitiek leiden.

Een houten kont is misschien even pijnlijk, en het beeld van drammerige Greta spookt misschien nog eventjes door mijn gedachten, maar beide ongemakken zijn verder weinig maatschappij-ontwrichtend.

De liquidatie van advocaat Wiersum is dat des te meer.


Avicii

Je uithoudingsvermogen werd overtroffen door het vermogen voor langere tijd wonderen te verrichten.
De menigte danste –
zij was enkel gebonden aan nachtelijke eenzame euforie en aan het onvermogen
tot planning van volgende dag of van niet-vampiersleven.
Jij brak bij haar in moordend tempo rustgevende neurotransmitter en
– iets langzamer weliswaar – bij jezelf hersencel voor hersencel af op muziek die
in harde bis door dovemansoren heendrong en in aderen bonkte.
Je voelde hoe niet zij maar jij verwerd tot een dampend, bleek vel dat botten in de maat probeerde te houden
(om later uitgeput nutteloos in een hotelkamer ineen te zijgen).
Sneller dan het ritme van de beat schoot het door je lijf: de neiging je rug naar haar toe te draaien.
De hoop degene te worden die je vroeger zelf het hardst nodig had
(waar je in het ochtendgloren in de hotelkamer zo naarstig naar zocht)
werd met de val van top de bodem van de begraafplaats ingeslagen.
Wie goed luistert zal tot in de lengte der dagen muziek uit je urn horen opstijgen.
Je weet nu:
engelen dansen ook.
Nooit zal er een onzinniger ‘rust zacht’ over iemands graf heen worden uitgesproken.


Rick van der Made

•••

Adverteren op Gaykrant en daarmee onafhankelijke journalistiek met een regenboograndje mogelijk maken?

Klik hier voor meer informatie!

 

One thought on “Moraalridders of wereldverbeteraars

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.