Over de kracht van de fado, stokvis eten en lesbisch zijn in Portugal

Als journalist Lieke Noorman in de jaren tachtig haar toenmalige Portugese liefde Andreia opzoekt, wordt ze verliefd op het land. Dertig jaar later brengt ze deze liefde voor haar tweede vaderland over in haar verhalenbundel Portugal! Portugal! Portugal! Daarin bezoekt Noorman de prachtige fadolokalen van Lissabon, reist ze af naar de kuststad Ílhavo om te onderzoeken waarom de stokvis zo belangrijk is in de nationale keuken en praat ze met de vissers die jarenlang hun leven in gevaar brachten voor deze vis.

Tekst: Sasha Haasnoot

In een verhaal over de zuidelijke provincie Alentejo schetst Noorman een beeld van de strijd tussen de twee partijen die na de Anjerrevolutie vochten om het land: de arme landarbeiders en de grootgrondbezitters. Noorman gaat langs bij het geboortedorp van de oud-dictator Salazar, Santa Comba Dão, duikt in de studentencultuur van de stad Coimbra en reist vervolgens af naar Fátima, waar ruim honderd jaar geleden Maria zou zijn verschenen.

“De fado smeedt een band tussen mensen. Je hoeft de ellende niet in je eentje te verdragen”

Op de achtergrond spelen de ervaringen van Noorman als lesbische vrouw. Want hoe was het om in de jaren tachtig lhbt’er te zijn in Portugal? En waarom koos ze ervoor om over al deze plekken te schrijven?

De triestheid van de fado en het trauma rondom de stokvis

Noorman (1957) deelt in haar verhalenbundel veel van haar eigen ervaringen in het land. Zo vertelt ze over haar liefde voor de fado, de Portugese volksmuziek. “Het is bijna een soort balsem van triestheid. Maar omdat er over deze triestheid gezongen wordt, wordt deze weer opgeheven. Of in elk geval lichter. Je komt bij elkaar om te kunnen zeggen dat het leven soms heel klote kan zijn, maar we wel verder gaan met z’n allen. Dat spreekt me zo aan in de fado. Het smeedt een band tussen mensen. Je hoeft de ellende niet in je eentje te verdragen”. Ook deelt Noorman haar eerste ervaring van het eten van stokvis, de trouwe vriend van elke Portugees. “Als eerste keer moet je niet de kop eten zoals ik deed,” zegt Noorman met een vies gezicht. “Die grote bek met tanden duikt nog wel eens op in onrustige dromen. Ondanks de valse start wil ze toch graag onderzoeken wat de fascinatie is rondom deze vissoort en hoopt ze tegelijkertijd ook van haar stokvis-angst af te komen. De vraag is dan ook of zij de eerstvolgende keer dat ze in Portugal is gelijk een stokvisgerecht gaat bestellen. “Nou, ik vind het ondertussen erg lekker”, zegt Lieke lachend. “De kop dan weer niet. Maar het is de structuur, vrij stevig, die het smakelijk maakt”. Ze pakt een Portugees boek uit haar kast over de geschiedenis van de stokvis. Het laatste hoofdstuk bestaat uit gerechten. Ze laat haar vingers langs de bladzijden gaan. Bij geen enkel gerecht schudt ze haar hoofd. “Lekker, stokvis uit de oven met aardappels in de schil”. Spoiler alert: Lieke zegt dus geen nee meer tegen de stokvis.

“Nooit hand in hand over straat lopen, nooit zoenen op straat. Jezelf verbergen wordt een tweede natuur.”

“Lesbisch was je alleen achter gesloten deuren”

In 1988 bezoekt Noorman haar toenmalige Portugese liefde Andreia in Lissabon. Ze hebben elkaar een jaar niet gezien en op het vliegveld willen de twee elkaar het liefst een kus geven, maar dat kan niet. Portugal is in die tijd nog niet zo tolerant tegenover lhbt’ers. “Ik begreep het. Ik was in een vreemde cultuur en ik moest niet denken dat het precies zo ging als in Amsterdam. Zodra we eenmaal thuis waren – Andreia woonde samen met drie andere lesbische vrouwen – was het wel duidelijk dat er een verschil was hoe je je gedraagt in de buitenwereld en achter de veilige deur van het eigen huis”. Was dit hoe veel Portugese lhbt’ers in die tijd leefden? En hoe ontmoetten lhbt’ers elkaar in die tijd? “Het ging vaak van: die persoon heeft contact met die en die. Hij of zij is gay en geeft thuis een feest waar je andere lhbt’ers kon ontmoeten. Maar er waren geen echte gaybars. Je had wel de dichteres Natália Correia waarvan gezegd werd dat ze lesbisch was en zij had een salon waar je met lhbt’ers in contact kon komen. Maar dat was meer voor de intellectuele bovenlaag. Je geaardheid moest altijd geheim blijven. Misschien wisten mensen het al of vermoedden ze iets, maar je ging het er niet over hebben. Dat vind ik triest. Nooit hand in hand over straat lopen, nooit zoenen op straat. Jezelf verbergen wordt een tweede natuur. Nu is dat aan het veranderen, mede dankzij sociale media en televisie waar lhbt-rolmodellen vaker vertegenwoordigd zijn en voor meer begrip zorgen.”

“Lesbisch zijn heeft invloed op hoe ik reis, hoe ik naar dingen kijk en hoe ik leef”

In het boek gaat Noorman naar het dorpje Vila Chã met een foto die dertig jaar geleden door een toenmalige reisgenoot is geschoten. Op de foto staan drie vrouwen en Lieke wil achterhalen wie dat waren. Eén daarvan is de inmiddels zeventigjarige Dona Lurdes die een goede vriendin wordt van Noorman. Noorman gaat geregeld terug. Ook samen met haar partner Vera. In het boek begint Dona Lurdes op een avond te vissen naar de relatie van Noorman en Vera. Noorman draait eromheen en brengt het gesprek snel op andere onderwerpen. Waarom deed ze dat? Lieke begint te fronsen en is even diep in gedachten. “Ik had achteraf spijt en vroeg mezelf ook af waarom ik niet gewoon de waarheid vertelde”, begint ze. “Ik was bang dat mijn leven daar veranderde, maar niet dat ik nooit meer terug mocht komen. Ik denk dat het misschien een automatische bescherming was omdat het makkelijker is om het er niet over te hebben. En dat is eigenlijk ook niet in de haak. Want als niemand erover begint, verandert er nooit wat. Als ik iets kan doen dat bijdraagt aan de acceptatie van lhbt’ers, waarom doe ik het dan niet?” Ze begint te lachen. “Ik moet dus terug. Misschien is het een goede manier om erover te beginnen: ik vertaal dat stuk waar zij mij confronteert naar het Portugees en lees het aan haar voor. “Weet je nog dat ik terugkwam die nacht…’”

“Ik vind het trouwens heel leuk om een interview te doen voor Gaykrant want het feit dat ik lesbisch ben, maakt ook mijn identiteit. Het heeft invloed op hoe ik reis, hoe ik naar dingen kijk en hoe ik leef. Dat maakt dit boek ook echt mijn boek.”

“En natuurlijk hoe meer je begrijpt, hoe meer je begrijpt wat je niet begrijpt.”

Bedankt Andreia

Voor Noorman is het fantastisch dat ze al die maanden heeft kunnen schrijven over een land dat als een tweede vaderland voelt. “Dat vind ik het heerlijke aan reizen: je bent een spons en je zuigt alles in je op. Alles wat je leest, ziet en hoort is interessant. Het was een inspirerende tijd om in Portugal rond te reizen. Om het land en de mensen te leren kennen en steeds meer te begrijpen van hun cultuur. En natuurlijk hoe meer je begrijpt, hoe meer je begrijpt wat je niet begrijpt. Veel mensen komen in een land terecht vanwege hun verliefdheid. En ik vraag het mezelf ook wel eens af: ‘Wat als Andreia een Chinese of Spaanse was geweest?’ Maar aan de andere kant kan ik me niet voorstellen dat ik in die landen me op dezelfde manier thuis zou hebben gevoeld als in Portugal. En ik ben Andreia daar ook dankbaar voor. Ze heeft me er een land met mooie herinneringen bij gegeven.”

Portugal! Portugal! Portugal! uitgegeven door uitgeverij Nijgh & Van Ditmar, is nu verkrijgbaar in de boekhandel.

•••

Adverteren op Gaykrant en daarmee onafhankelijke journalistiek met een regenboograndje mogelijk maken?

Klik hier voor meer informatie!

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.