Het is BiVisibilty week en zelfs maand. Voor wij biseksuelen weer verdwijnen in de mist van zogenaamde heteroseksuele of homoseksuele relaties en single zijn, zal ik het nog een keer opschrijven. Biseksueel zijn, is meer dan alleen van een gender houden.
Het is monogaam en tevreden met je partner zijn. Het is je openstellen voor anderen als je al een relatie hebt. Het is die ander in je relatie durven toelaten. Omdat je een gender mist. Of juist omdat je geen gender mist maar omdat je ineens liefde voor iemand hebt die je tot dan toe niet had. Biseksueel zijn is braaf of juist toegeeflijk zijn. Biseksueel is happy of unhappy single zijn. Het is zoeken naar wat je hart verlangt.
Biseksueel zijn is kinderen krijgen en hen opvoeden tot volwassenen met een vocabulaire en een levend voorbeeld dat ingaat tegen hetero- en homonormatieve ideeën dat je of/of bent. Biseksueel zijn betekent geen kinderen willen krijgen.
Biseksueel zijn gaat over in twee werelden – de gayscene/heterowereld of juist in queer spaces – leven waarin je je goed voelt maar je daar ook bijzonder slecht of gediscrimineerd voelen. Het is de behoefte voelen om het van de daken te schreeuwen dat je op een avond met een man en een vrouw hebt gezoend. Het is uit de kast komen en ook geen enkele behoefte voelen omdat je je daarmee vastlegt.
Biseksueel zijn is meer dan alleen van een gender houden. Wel of niet niet uit de kast, het voor jezelf houden; cis of queer; monogaam of poly; veel of weinig seks; braaf of niet: het is allemaal biseksualiteit. Het is gewoon lak hebben aan wat anderen vinden van hetgeen je doet of moet. Je hoeft aan niets te voldoen om biseksueel genoeg te zijn.
Joshua Zandberg is voorzitter van het Landelijke Netwerk Biseksualiteit en elke week schrijft hij een column over zijn leven als bi-man.
Lees hier zijn column van vorige week: ‘Verborgen’